Handhaven moet
Bestuursorganen moeten in beginsel handhavend optreden als sprake is van een overtreding. Dat volgt uit de zgn. ‘beginselplicht tot handhaving’.
Uitgangspunt in de rechtspraak is: “dat gelet op het algemeen belang dat gediend is met handhaving, in geval van overtreding van een wettelijk voorschrift, het bestuursorgaan dat bevoegd is om met een last onder bestuursdwang of een last onder dwangsom op te treden, in de regel van deze bevoegdheid gebruik moeten maken”.
Maar soms niet
Onder bijzondere omstandigheden mag echter van het bestuursorgaan worden gevergd dit niet te doen.
Dit kan zich voordoen indien concreet zicht op legalisatie bestaat.
Voorts kan handhavend optreden zodanig onevenredig zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen dat van optreden in die concrete situatie behoort te worden afgezien.
(zie bijvoorbeeld ABRvS 19 augustus 2020)
Concreet zicht op legalisatie
Van handhavend optreden moet dus worden afgezien als sprake is van “concreet zicht op legalisatie”. Maar wanneer is daarvan sprake? Dat is afhankelijk van het type overtreding. Ik noem de meest voorkomende:
- Overtreding bestemmingsplan: van concreet zicht op legalisatie is sprake indien er een ontwerpbestemmingsplan ter inzage ligt waarbinnen het illegale gebruik past, tenzij aannemelijk is dat dit plan geen rechtskracht zal verkrijgen.
- Handelen zonder benodigde omgevingsvergunning voor planologisch strijdig gebruik:
- wordt de uitgebreide voorbereidingsprocedure gevolgd, dan moet een ontwerpbesluit tot verlening van de omgevingsvergunning ter inzage liggen, waarmee het illegale gebruik wordt vergund;
- wordt de reguliere procedure gevolgd, dan moeten B&W bereid zijn de al ingediende aanvraag te vergunnen.
In beide gevallen geldt dat er geen sprake van concreet zicht op legalisatie is, als op voorhand duidelijk is dat de omgevingsvergunning geen rechtskracht zal verkrijgen.
3. handelen zonder benodigde omgevingsvergunning bouwen: aannemelijk moet minimaal zijn, dat de aanvrager bereid is een omgevingsvergunningaanvraag ter legalisering van het bouwwerk in te dienen en aannemelijk moet zijn dat deze aanvraag, zou deze zijn ingediend, ook vergund kan worden.
4. handelen zonder benodigde omgevingsvergunning milieu: er moet een toereikende vergunningaanvraag zijn ingediend en het bevoegd gezag moet het niet onaannemelijk achten dat de vergunning kan worden verleend.
5. handelen zonder benodigde vergunning Wet natuurbescherming: er moet ten minste een ontvankelijke vergunningaanvraag zijn ingediend om te beoordelen of een vergunning kan worden verleend
Advocaat bestuursrecht
Heeft u vragen op het gebied van handhaving of omgevingsvergunningen? Neem dan contact op met de sectie Bestuursrecht & Overheid van ons kantoor.
Neem voor meer informatie contact op met:

Advocaat / Curator
mr. F.B.M. (Frank) Van Aanhold
Deze blog beschrijft slechts enkele hoofdlijnen, beoogt niet volledig te zijn en is alleen bedoeld als een oriëntering van het toe te passen recht voor de in deze blog beschreven situaties. Aan deze blog kunnen dan ook geen rechten worden ontleend.