Ondernemingen die in financieel zwaar weer verkeren kunnen een akkoord aan hun crediteuren aanbieden. Er wordt dan een bepaald percentage van de totale vordering aangeboden tegen finale kwijting. Aan crediteuren wordt dus gevraagd om een deel van hun vordering af te schrijven. In het voorstel wordt vaak genoemd dat een faillissement onafwendbaar is op het moment dat het voorstel wordt afgewezen. Voor concurrente crediteuren is het accepteren van een voorstel bijna altijd gunstiger dan het afwachten van een faillissement. In 95% van de faillissement vindt immers geen uitkering aan (concurrente) crediteuren plaats.
Hoe gaat een crediteurenakkoord precies in zijn werking? Dat is afhankelijk van de vraag of er sprake is van een faillissementssituatie.
Voor meer informatie over een crediteurenakkoord kunt u contact opnemen met:
Advocaat / Curator
mr. F.B.M. (Frank) Van Aanhold
Advocaat / Curator
mr. drs. M. (Michiel) Vriezekolk
Wet homologatie onderhands akkoord in faillissement (WHOA)
De Wet homologatie onderhands akkoord in faillissement (WHOA) is op 1 januari 2021 in werking getreden. Met inwerkingtreding van deze wet wordt de Faillissementswet aangepast. Deze aanpassing maakt het mogelijk dat bedrijven die in financiële problemen verkeren een akkoord aan hun crediteuren aanbieden die door de rechter bevestigd (gehomologeerd) kan worden. Dat de rechter het akkoord bevestigt is belangrijk. Schuldeisers die niet hebben ingestemd met het akkoord worden tóch aan het akkoord gebonden. Die mogelijkheid bestond tot 1 januari 2021 nog niet. Tot die tijd kon alleen door een buitengerechtelijk akkoord een sanering van schulden plaatsvinden. Dit gebeurt op vrijwillige basis. Een of meerdere schuldeisers kunnen een totstandkoming van een akkoord blokkeren (zie hieronder: buitengerechtelijk akkoord).
Hoe werkt de WHOA? In principe is het aan de onderneming die het akkoord aanbiedt om de voorwaarden te stellen. De onderneming die het akkoord aanbiedt bepaalt dus welk percentage van de schulden betaald wordt. Evenwel zijn arbeidsovereenkomsten uitgesloten van de WHOA. Vorderingen van werknemers die voortvloeien uit een arbeidsovereenkomst gaan dus niet mee in de sanering van schulden.
Indien er onderscheid bestaat tussen de schuldeisers dan kunnen soortgelijke schuldeisers worden onderverdeeld in klassen. Zo zal er in de meeste gevallen sprake zijn van financierders die zekerheidsrechten hebben bedongen, handelscrediteuren zonder zekerheidsrechten, aandeelhouders en de Belastingdienst met een eventueel voorrangsrecht. Volgens de WHOA mag een onderneming aan één of meerdere klassen schuldeisers een akkoord aanbieden en aan andere klassen schuldeisers niet. De klassen schuldeisers waaraan geen akkoord wordt aangeboden behouden hun vordering (en kunnen aanspraak maken op volledige betaling).
Als de klassen crediteuren zijn vastgesteld en aan één of meerdere klassen crediteuren een akkoord is aangeboden dienen de schuldeisers te stemmen over het akkoord. Het akkoord kan ter bevestiging worden voorgelegd aan de rechter als de crediteuren vóór het akkoord hebben gestemd. De rechter zal vervolgens tot bevestiging (homologatie) overgaan als aan bepaalde voorwaarden is voldaan. Onder meer dient aan de volgende voorwaarden te zijn voldaan:
- een ruime meerderheid van schuldeisers of aandeelhouders ondersteunt het akkoord (samen dienen de schuldeisers die vóór hebben gesteld tenminste twee derde van de totale schuldenlast in de klasse te vertegenwoordigen);
- de onderneming is in principe winstgevend;
- het akkoord is goed onderbouwd en doordacht en noodzakelijk om een faillissement te voorkomen;
- er moet voldaan zijn aan de redelijkheidstoets, schuldeisers en aandeelhouders mogen door het akkoord niet in een slechtere positie geraken dan in een faillissementssituatie;
Overigens kan niet alleen de onderneming die in financiële problemen verkeert een akkoordprocedure starten. Ook schuldeisers, aandeelhouders of de ondernemingsraad/personeelsvertegenwoordiging kan een dergelijke procedure starten. Daarnaast kan de akkoordprocedure besloten of openbaar plaatsvinden.
Buitengerechtelijk akkoord
Bedrijven die in financiële nood zitten kunnen, zoals hierboven omschreven, aan hun schuldeisers een voorstel doen. Dat voorstel bestaat eruit dat een bepaald percentage van de vordering betaald wordt (al dan niet in termijnen) en dat vervolgens finale kwijting wordt verleend.
Een buitengerechtelijk akkoord wordt ook wel een een crediteurenakkoord genoemd. Schuldeisers zijn niet verplicht om akkoord te gaan met het voorstel. Als één of meerdere schuldeisers niet instemmen met het akkoord dan is de kans aanwezig dat het crediteurenakkoord van tafel is en alsnog faillissement aangevraagd moet worden.
De inhoud van het voorstel aan crediteuren is vrij. Een schuldenaar kan er voor kiezen om een geldbedrag aan te bieden, maar een betaling in aandelen of goederen is ook mogelijk. Logischerwijs is de kans groter dat schuldeisers akkoord gaan met het voorstel als er een hoog percentage van de totale vordering aangeboden wordt.
Schuldeiser moet soms meewerken
In bepaalde gevallen staat het schuldeisers niet vrij om geen medewerking te verlenen aan een buitengerechtelijk crediteurenakkoord. Schuldeisers die het akkoord niet hebben aanvaard zijn niet gebonden aan het voorstel en kunnen volledige betaling afdwingen. Als slechts een klein deel van de schuldeisers weigert mee te werken dan komen zij in een veel betere positie te verkeren dan schuldeisers die het akkoord wél hebben aanvaard. Over deze vraag is veel geprocedeerd. Als slechts een klein deel van de schuldeisers geen medewerking wil verlenen aan het akkoord (en aan een aantal andere voorwaarden is voldaan) kan het in strijd met de redelijkheid en billijkheid zijn dat niet akkoord wordt gegaan met een crediteurenakkoord. Een rechter kan de crediteuren die niet mee willen werken dan verplichten om alsnog het voorstel te aanvaarden. Van zo’n uitzondering is echter niet snel sprake.
Gerechtelijk akkoord
Het gerechtelijk akkoord kan worden aangeboden als sprake is van een surseance van betaling, een wettelijke schuldsanering (WSNP) of faillissement. Net zoals het buitengerechtelijk akkoord is de inhoud van een gerechtelijk akkoord vrij. Een schuldenaar kan zelf bepalen hoe het voorstel eruit komt te zien. Daarbij geldt ook weer: hoe beter het voorstel, hoe groter de kans dat schuldeisers akkoord gaan.
Een groot verschil met een buitengerechtelijk akkoord is dat schuldeiser sneller verplicht zijn om hun medewerking te verlenen. Bij een gerechtelijk akkoord wordt over het voorstel gestemd tijdens een verificatievergadering. Een verificatievergadering wordt gehouden op de rechtbank. Alleen concurrente schuldeisers brengen een stem uit. Als ten minste de helft van de tijdens de vergadering aanwezige concurrente schuldeisers vóór het akkoord stemmen en als de vóór het akkoord stemmende schuldeisers tenminste de helft van de totale schuldenlast vertegenwoordigen wordt het akkoord aangenomen en verplicht opgelegd voor de schuldeisers die tegen hebben gestemd of die niet hebben gestemd.
Als de meerderheid van crediteuren vóór het akkoord stemt dan zal de rechtbank het akkoord bekrachtigen. Dit heet een homologatie van het akkoord. Pas na homologatie is het akkoord voor alle schuldeisers verbindend. Als er geen meerderheid wordt behaald dan blijft de surseance, de WSNP of het faillissement van kracht.
Crediteurenakkoord: Belastingdienst en UWV
Preferente schuldeisers zoals de Belastingdienst en het UWV werken over het algemeen mee aan een crediteurenakkoord als zij het dubbele percentage ontvangen van hetgeen aan concurrente crediteuren wordt betaald. Voor de Belastingdienst zijn de regels hierover vastgelegd in de leidraad invordering.
Beoordelen akkoord
Het is niet (altijd) eenvoudig om te beoordelen of het verstandig is om in te stemmen met een voorstel van een crediteur. Wel is het zo dat een crediteur de nodige informatie zal moeten aanleveren voor deze beoordeling. Bijvoorbeeld over de opbouw van schulden, de financiële positie van de onderneming, op welke wijze het akkoord gefinancierd wordt en hoe het toekomstperspectief eruit ziet. Ook kent het aanbieden van een akkoord de nodige regels en valkuilen.
Voorink Advocaten kan u van dienst zijn bij het beoordelen van een crediteurenakkoord of het aanbieden van een (buiten)gerechtelijk akkoord. Neem vrijblijvend contact op met één van onze specialisten voor meer informatie.