Op 18 september jl. boog de Rechtbank Rotterdam zich over de vraag of een taxateur aansprakelijk is jegens een opdrachtgever vanwege een (beweerdelijk) onjuiste taxatie.
De casus
Met het oog op de verdeling van een huwelijksgoederengemeenschap gaf eiser aan een taxateur c.q. makelaar de opdracht een vrijstaand pand te taxeren. Het pand werd getaxeerd op een bedrag van €750.000,-. Volgens de eiser had de taxateur de waarde van het pand te hoog getaxeerd. De taxateur zag echter geen aanleiding om de taxatiewaarde te verlagen.
In aansluiting daarop bereikten eiser en diens (voormalige) echtgenote overeenstemming over de toedeling van het pand aan eiser op basis van een waarde van € 700.000,-. Vanwege overbedeling betaalde eiser aan zijn voormalige echtgenote een bedrag van € 350.000,-.
Ten behoeve van de verkoop van het pand schakelde eiser een verkoopmakelaar in. Het betreffende pand werd na enige tijd door eiser weer uit de verkoop gehaald. Na een investering werd het pand opnieuw in de verkoop gezet.
Eiser heeft nadien de taxateur aansprakelijk gesteld voor zijn schade als gevolg van de te hoge taxatie. De taxateur wees de aansprakelijkheid van de hand.
Beoordeling: (beroeps)fout taxateur?
De aan te leggen maatstaf bij de beoordeling van de vraag of de taxateur bij de uitoefening van zijn beroep (toerekenbaar) is tekortgeschoten jegens zijn opdrachtgever, is of hij als beroepsbeoefenaar de zorgvuldigheid heeft betracht die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht.
De stelplicht en bewijslast ter zake van de beweerde beroepsfout en de daardoor geleden schade rusten op eiser. Eiser stelt dat de taxateur aansprakelijk is voor de gevolgen van een te hoge taxatie en begroot de omvang van zijn schade op het bedrag dat hij te veel aan zijn voormalige echtgenote heeft betaald.
Anders dan de eiser meent, garandeert de uitkomst van een taxatie niet dat met de verkoop van het pand een bepaalde opbrengst zal worden gerealiseerd. Taxeren is en blijft een momentopname en wat het pand zal opbrengen, is afhankelijk van verschillende (deels niet te voorspellen) factoren, zoals marktomstandigheden en het aantal potentiële belangstellenden.
Bij de beoordeling van het aansprakelijkheidsvraagstuk kan aan de uitkomst van een taxatie dan ook geen doorslaggevende betekenis worden gehecht. Beslissend is de vraag of de taxatie op een zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden. Dat de taxateur in zijn rapport onvoldoende rekening zou hebben gehouden met de waardestijging van vergelijkbare, vrijstaande panden ter plaatse maakt de totstandkoming ervan niet onzorgvuldig. Gesteld noch gebleken is dat de taxatie op een dusdanige wijze is uitgevoerd dat die van een redelijk handelend en redelijk bekwaam taxateur niet kan worden gevergd. Met de wetenschap van achteraf wijzen op de gemiddelde waardestijging van vergelijkbare panden ter plaatste volstaat daartoe niet, omdat het – zoals gezegd – gaat om het moment van totstandkoming van de taxatie. Kortom, in de gegeven omstandigheden is niet komen vast te staan dat de taxateur onzorgvuldig jegens eiser heeft gehandeld.
Het voorgaande brengt de rechtbank tot de conclusie dat van enige tekortkoming aan de zijde van de taxateur geen sprake is (geweest), zodat de daarop gebaseerde vordering van eiser dient te worden afgewezen.
Advocaat aansprakelijkheidsrecht in Zutphen
Heeft u een vraag of aansprakelijkheidsrecht, neem dan contact op met één van onze advocaten.
Neem voor meer informatie contact op met:
mr. R.H.P. van de Venne
Advocaatmr. C. (Cem) Cenik
AdvocaatDeze blog beschrijft slechts enkele hoofdlijnen, beoogt niet volledig te zijn en is alleen bedoeld als een oriëntering van het toe te passen recht voor de in deze blog beschreven situaties. Aan deze blog kunnen dan ook geen rechten worden ontleend.